Een duinkonijntje is onderweg naar haar hol,
genoeg gespeeld vandaag en ze heeft haar buikje vol.
Gauw naar binnen, hier is alles zo vertrouwd,
hoe lang al geleden heeft ze dit nestje gebouwd?
Hier en daar vertoont het wel wat slechte plekken
en de laatste tijd begint het ook wat te lekken.
Dan schuift ze haar bedje gewoon een stukje opzij,
het is net alsof hoort het er bij.
In juni van dat jaar ontdekt ze bij toeval een ander holletje,
daarvan raakt ze helemaal verward in haar bolletje.
Dat het daar zo anders en veilig kan zijn
beseft ze zich, maar met een hart vol pijn.
Dit mooie nestje is immers al bezet!
hierin staat al jaren een konijnenbed.
En stel, dit nestje is toch vrij,
dan zet je dat oude niet zomaar opzij!
Toch staat ze steeds vaker naar binnen te gluren,
waarom krijgt haar eigen holletje nu zulke vreemde kuren?
Ze heeft een bang voorgevoel de laatste tijd,
het is net of raakt ze haar nestje kwijt!
In januari van het volgende jaar,
worden haar bange vermoedens maar al te waar!
Ze mag ineens haar holletje niet meer in;
Daar woont nu haar duinkonijnenvriendin !
Angstig en verward rent ze door het duister;
Dan staat ze plotseling stil, luister…………..
“Kom maar binnen, kom hier maar even schuilen,
je mag je bij mij wel warmen en even huilen,”
Schichtig loopt ze binnen in het huis van haar dromen;
Kan dit wel? Mag ze hier nu wel komen?
Maar, het is net of wenkt het haar keer op keer.
Met een hartje vol verlangen, gaat ze, steeds vaker weer.
Ze kiest wel eens een ander pad, maar, wat raar,
het is net of achtervolgt dit nestje haar.
Als ze ’s nachts huilend in slaap valt, in de koude nacht,
droomt ze haar droom, van het kasteel dat haar toelacht.
Als ze ’s morgens, rillend van de kou, ontwaakt uit haar dromen,
dan weet ze dat ze daar slechts op visite mag komen.
Ze verzamelt weer al haar moed bijeen om te zorgen
voor een nieuw onderdak voor morgen.
Ze sluit nog heel even haar oogjes
en denkt aan de veilige haven,
en denkt aan de veilige haven,
het geeft haar weer nieuwe moed, ze gaat steeds harder draven.
De zon schijnt, ze wordt door iedereen blij begroet!
Ze hoort er weer bij, het doet haar goed!
Als ze ’s avonds haar lijfje neervlijt op het zachte mos,
verlangt ze weer zo naar dat ene, het laat haar niet meer los.
Ze vouwt haar vermoeide pootjes onder haar verwarde hoofd,
ze is ineens zo moe, ze kan niet meer, haar kopje is verdoofd.
Een duinkonijntje is weer onderweg……..alleen,
onderweg naar het onbekende, ze weet niet waarheen.
Ook al breekt “die dag” voor haar eens aan,een nieuw nestje zal altijd in de schaduw
van haar droomkasteel staan!
van haar droomkasteel staan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten